De minister van LVVN wil de afroming van varkensrechten bij overdracht van deze rechten of bij een bedrijfsoverdracht nog dit jaar op 0% vaststellen. Op dit moment geldt nog een korting van 22%. Onlangs besloot zij de afroming voor pluimveerechten al te schrappen.

Inwerkingtreding

De afromingspercentages worden voortaan geregeld in het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet (Ubm). Het gewijzigde afromingspercentage voor de overgang van varkensrechten geldt direct na inwerkingtreding van dit besluit. Eerst zullen de beide Kamers en de Afdeling advisering van de Raad van State zich echter nog over het ontwerpbesluit moeten uitspreken.

Dit betekent dat als er nog geen kennisgeving van overgang bij RVO is geregistreerd, er over die overgang van varkensrechten geen afroming meer zal plaatsvinden. Ook als al wel een kennisgeving is gedaan, maar nog geen registratie heeft plaatsgevonden, zal er geen afroming plaatsvinden. Dit zal ook gelden voor elke bedrijfsoverdracht die na inwerkingtreding van dit besluit heeft plaatsgevonden. Voor de vraag of sprake is van afroming in geval van een bedrijfsoverdracht, is het moment waarop de bedrijfsoverdracht heeft plaatsgevonden namelijk bepalend. Dat moment kan afhankelijk van de vorm van de overdracht verschillen.

Achtergrond wijziging afroming varkensrechten

De redenen voor de wijziging van het afromingspercentage zijn de nieuwe inzichten over de verwachte mestproductie en de effecten van de beëindigingsregelingen Lbv en Lbv-plus. Op grond van resultaten van eerdere regelingen is het niet waarschijnlijk dat veel veehouders die zich voor Lbv en Lbv-plus hebben aangemeld, alsnog van deelname zullen afzien. Daardoor is het aannemelijk dat het mestproductieplafond in de varkenssector op termijn niet zal worden overschreden. Naar verwachting is dat in 2025 weliswaar nog wel het geval, ook bij handhaving van het huidige afromingspercentage. Handhaving van het percentage zou er op termijn echter toe leiden dat de sector meer krimpt dan noodzakelijk is.